Terug naaar Tijdmachine

1597

Trekarbeid

In 1597 moet het vrijheidsbestuur aan het bestuur in Brussel vertellen hoe de Oosterhouters aan de kost komen. Ze schrijven dat de meeste mensen leven van het land, maar dat er ook veel arbeiders zijn die buiten Oosterhout de kost moeten verdienen. Pastoor Gaspar Witte maakte daar in 1613 ook al melding van. Het zijn mensen die geen of weinig land hebben en die tot dan toe meestal hun brood verdienden in de potten- en steenbakkerij. Maar daar is nu niets meer van over omdat die handel nu voornamelijk in Holland wordt gedreven. Voorheen hielden de ingezetenen wel twee- tot drieduizend schapen maar die zijn er nu ook niet meer. Oosterhout ligt dicht bij de grens en heeft veel last van troepen die vechtend heen en weer trekken tussen Breda en Oosterhout.