Terug naaar Tijdmachine

1666

Uitpuilende darmen

Dokters worden er geregeld bijgehaald om te beoordelen of een wond dodelijk is. Als zij menen van wel, dan is er sprake van doodslag. Zo worden Jan Willemsse van Hapert en Jan de Greeff, chirurgijns uit Oosterhout, in 1666 rond middernacht geroepen bij Cornelis Adriaen Speelmans. Die ligt thuis en is zwaar gewond in zijn buik. De doktoren constateren dat hij een wond heeft aan zijn rechterlies die doorloopt tot in de ‘holligheid des buiks’ en dat het buikvlies gekwetst is. De darmen puilen ‘in grote kwantiteit uit de wond’. Die hebben zij ‘met grote moeite weer naar binnen geduwd’. De heren zijn er zeker van dat de wond wel eens dodelijk kan zijn. Hoe dit afloopt is niet bekend, maar we kunnen gerust aannemen dat Speelmans kort daarna het tijdelijke met het eeuwige verwisseld heeft.