Terug naaar Tijdmachine

1900

De ‘broodkwestie’ en de coöperatieve bakkerijen

Omstreeks 1910 waren er teveel bakkers: voor elke 173 inwoners één. Er waren er heel wat die flink met gewicht en kwaliteit van het brood sjoemelden. Natuurlijk werden de bakkers daar door hun klanten en door de gemeentelijke overheid op aangesproken, maar zonder resultaat: het brood werd wel duurder maar niet beter. De R.K. Werkliedenvereniging was het gerommel met brood beu en eiste in 1912 brood van goede kwaliteit en juist gewicht. De vereniging wilde zelfs coöperatief brood gaan kopen in Dongen. De geestelijk adviseur was daar fel op tegen, en vroeg de gemeente maatregelen te nemen. Toen de situatie niet verbeterde richtte de Werkliedenvereniging voor haar leden de coöperatieve broodbakkerij De Eendracht op. Op dat moment kochten veel mensen hun brood (goedkoop) in Breda. Als reactie richtten een aantal Hanzeleden een jaar later twee coöperatieve broodfabrieken op: Steunt Elkander en De Voorzorg.