De bewoners van Den Hout dienen een verzoek in om hun gasthuis en kapel te mogen herbouwen. Om hun verzoek kracht bij te zetten, beweerden ze valselijk dat de kapel door de voorouders van de prins was gesticht. Het voorstel was om de onderpastoor van Oosterhout, Nicolaas Janssens, aan te stellen tot rector van het gasthuis. De Houtenaren kregen geen toestemming van de Domeinraad.