Oosterhout kende een niet onbelangrijke textielnijverheid. Er werden zowel lakens gemaakt als geverfd. De concurrentie van met name de blauw- en zwartververs was in Holland zo voelbaar dat Dordrecht in 1705 voorstelde om er actie tegen te ondernemen. De lakennijverheid ging namelijk aan het begin van de 18e eeuw in Holland erg achteruit en men wilde daar de concurrentie zoveel mogelijk beperken. In 1724 werden de Oosterhoutse lakens vrijgesteld van douanerechten (naar Leiden). In 1728 begonnen de Oosterhoutse fabriquers een actie voor eenzelfde regeling als Tilburg had. Dat mislukte. De Oosterhoutse textielnijverheid verdween daarna. Dat was bijzonder spijtig, omdat ze veel werkgelegenheid geboden had.