In de achttiende eeuw gaat de overheid zich een beetje verantwoordelijk voelen voor de volksgezondheid. In de Baronie komt dit in 1756 tot uiting in de aanstelling van een landsdokter. De eerste die dit ambt bekleedt is dokter Adriaan van Ghert. Deze man is in Oosterhout geboren, heeft in Harderwijk gestudeerd en woont later in Breda. Zijn taak bestaat vooral uit het houden van toezicht op het werk van de heelmeesters en de vroedvrouwen in de Baronie. Zo moet hij een lijst opstellen van instrumenten die een heelmeester in zijn bezit moet hebben, wil hij een vergunning krijgen om zijn beroep uit te oefenen.