Eind 1919 riep de landelijke R.K. Margarine- en Zuivelbewerkersbond (waarin de meeste werkers bij Verschure georganiseerd waren) haar leden op om toch vooral te luisteren naar ‘het woord uwer geestelijke overheden’. Dat deden de leden niet: ze kozen in een loonconflict toch de zijde van de neutrale bond, zeer tegen de zin van de geestelijk adviseur, pastoor Bloem uit Oss. Tijdens de staking ging het er ongemeen hard en fel aan toe. Wekenlang was er sprake van stakingspiketten, bedrijfsbezetting, stakingsbrekers, samenscholingsverboden en een met een revolver gewapende bedrijfsleider die de orde probeerde te handhaven. Er vielen tientallen ontslagen. Ten slotte wist pastoor Bloem met hulp van de werkgevers de eenheid van het arbeidersfront te breken. De arbeiders kregen slechts de helft van de gevraagde loonsverhoging mét de mededeling dat er pas weer over loonsverhoging gepraat kon worden als de kosten van het levensonderhoud met vijftien procent gestegen waren.