Om zeven uur ’s ochtends gingen ze stiekem oefenen, Jeanneke van den Elshout en Stientje Borstrok uit Oosterhout. Ze waren als de dood dat de nonnen bij wie ze op school zaten erachter zouden komen wat ze aan het doen waren. Want meisjes die zwommen in het kanaal, dat kon niet. Een politieman die de twee een keer zwemmend aantrof, sprak ze berispend toe en maakte notitie van zijn waarneming. Stientje en Jeanneke lieten zich niet afschrikken door de moraal van die tijd. Ze hadden zich ten doel gesteld als eerste vrouwen mee te zwemmen in de langebaanwedstrijd in het Wilhelminakanaal. Op 8 augustus 1936 zwommen Jeanneke en Stientje de vijf kilometer. Omdat het de enige twee dames waren die meededen, werden ze eerste en tweede. De medailles hebben ze altijd bewaard.