In de jaren dertig werd het ‘gemengd’ karakter van alle verenigingen taboe. Zelfs het keurige Aurora kreeg ermee te maken. Dat had zich na de Eerste Wereldoorlog tot een gemengd koor ontwikkeld. Natuurlijk had men dat eerst wel met de eerwaarde deken Bruyssen besproken, maar die had er geen kwaad in gezien. Pastoor Peters, zijn opvolger, verzette zich echter fel toen Aurora in 1928 nog wat nieuwe dames wilde werven. Hij eiste dat Aurora ‘R.K.’ werd, dat de bokken van de schapen zouden worden gescheiden én dat er niet meer gedanst zou worden. Anders zou hij publiekelijk het lidmaatschap van Aurora ontraden. De club stribbelde lang tegen, maar nadat in 1936 zelfs de bisschop zich er mee had bemoeid, ging het bestuur overstag. In 1937 werd de club ontbonden en vervangen door een katholiek dameskoor en een katholiek herenkoor. Op de foto een optreden in 1932 in " De Wapensmid van Worms", een opera in vier bedrijven van Albert Lortzing.