Terug naaar Tijdmachine

1853

Grind rapen voor de aanleg van een weg

In november 1853 kwam in de gemeenteraad een voorstel aan de orde om voor de armen een werkverschaffingsproject te organiseren. Men wilde hen tegen betaling keien en grind laten rapen in de Keipolder (Oosterheide) zodat bedelarij kon worden vermeden. Het grind zou per mud opgekocht worden en op de Heuvel opgeslagen. Verschillende raadsleden zagen het plan niet zitten: er was genoeg werk voor vlijtige armen en kinderen konden genoeg verdienen met het rijven van mastenspelden. (= dennennaalden. Die werden bijeengeharkt en als strooisel in de stal gebruikt.) Het voorstel werd aangenomen. De prijs werd vastgesteld op 20 ct per mud grof, en 30 ct per mud fijn grind. Een half jaar later was er zoveel grind verzameld dat een grindweg kon worden aangelegd van het centrum van Oosterhout langs den Hout aansluitend op de klinkerweg door Made.