Om de nieuwe wijken en het centrum van Oosterhout bereikbaar te houden ondanks het toenemende autoverkeer, wordt er in het begin van de jaren zeventig hard gewerkt aan de totstandkoming van zes nieuwe bruggen over het Wilhelminakanaal en aan tangenten, die het verkeer om het centrum moeten leiden. De belangrijkste brug komt in 1972 tot stand bij de Slotlaan en de Lodewijk Napoleonlaan. De brug verbindt niet alleen de nieuwbouwwijk Oosterheide met het centrum, maar is ook een belangrijke schakel voor het verkeer van en naar Breda. Dubbele rijbanen en gescheiden fiets- en wandelpaden moeten er zorg voor dragen dat de bewoners van Oosterheide uit de geïsoleerde positie - aan de andere kant van het kanaal – komen. In 1973 blijkt dat de infrastructurele voorzieningen tezamen de gemeente zo’n slordige twintig miljoen gulden hebben gekost.