Carnaval is al in 1660 een volksfeest. Vooral het jong volk is er niet van weg te houden. De geestelijkheid vindt het maar niks. Feesten en zeker carnaval leiden tot te vrij seksueel verkeer en dronkenschap. Na 1600 probeert de clerus het feest in te dammen. Carnaval eindigt op Aswoensdag, en daarna is het vasten, dat betekent geen vlees eten en geen drank. Het is in Oosterhout echter gewoonte geworden om tot donderdag de week daarna vlees te eten. De zondag na Aswoensdag brengen de meisjes de jongemannen naar de herberg om nog eens wat na te drinken. De paters franciscanen laten zich echter niet van de wijs brengen. Ze gaan naar de herbergen om de drinkers daar weg te halen.