Het vrijheidsbestuur neemt een chirurgijn in dienst. Drie jaar later zijn het er twee, die samen de bedeelde zieken moeten oppassen en hun zweren moesten verbinden. Zij kregen daarvoor zestig gulden per jaar. De kwaliteitscontrole was op de eenvoudigst mogelijke manier geregeld: bij een gerechtvaardigde klacht moesten de chirurgijns een boete van dertig gulden betalen.