Het gemeentebestuur ziet het bezoek aan herbergen en koffiehuizen liever niet. Daarom bepaalden ze dat in de winter de zaken om tien uur ’s avonds, en in de zomer om elf uur ’s avonds dicht moesten. De boet die je kreeg als je toch gesnapt werd, was fors: drie gulden voor de gezellige drinkers (een gemiddeld weekloon), maar twaalf gulden voor de kastelein.