Spectaculair was de stijging van het aantal leerlooierijen. Alleen al tussen 1860-1880 werden 42 looierijen geopend, waarvan 11 in Oosteind. Een aantal daarvan werd door boeren als nevenbedrijf gerund. Belangrijkste oorzaak van die plotse toename was de opening van de spoorweg Breda-Tilburg, die veel huiden uit Duitsland, Belgie en Frankrijk en na 1870 ook uit Amerika en Argentinie aanvoerde. Ook de leerindustrie in Dongen had zijn uitstralingseffect.